De "Blaue Lacke" is een recent gevolg van de klimaatverandering. Na de laatste ijstijd is de ijsmassa afgenomen. Ze gaven het gebied echter niet continu vrij, omdat de gletsjer altijd weer terugstroomde. De laatste grote stroming dateert van 1850. Talrijke morenen in het hooggebergte getuigen hiervan. Achter een dergelijke moreen heeft zich op 2.295 meter de verlaging voor de huidige "Blaue Lacke" gevormd. Het kleurenspel van het water is afhankelijk van de ondergrond, maar ook van het wolkendek en is altijd spectaculair. Dit ooit door grote gletsjers gedomineerde gebied zorgde door deels massale bewegingen van de ijsmassa's steeds weer voor rampen ver beneden in het dal. De geschiedenis leert dat in de jaren 1770 de Aperer Freiger afkalfde en een losgeraakt ijsblok vervolgens met grote kracht in het daaronder liggende meer kwam, dat daarop uitbrak. De vloedgolf ging via het Sulzenautal en de Grawa-waterval naar Ruetz en veroorzaakte verwoestingen in het dal. Onder andere de oude herberg in Ranalt werd weggevaagd.